Pinksteren, 19 mei 2024
Eén van de mooiste omschrijvingen van de Heilige Geest in de litanie die we gisteren in de eerste vespers gezongen hebben, vind ik ‘Gij, taal waarin wij God verstaan’. Vanmorgen in de vigiliën zongen we het weer in het lied dat J.W. Schulte Nordholt heeft gedicht als vertaling van Veni Creator Spiritus.
Taal waarin wij God verstaan. Op die Pinksterdag in Jeruzalem, toen het huis waar de leerlingen bijeen waren vervuld werd met een hevige wind, verscheen er iets als vuur, en het zette zich, in tongen verdeeld, op ieder van hen. En toen begonnen ze te spreken, niet in hun eigen Galileïsche dialect, maar in vreemde talen, in de taal van de ander. De Geest geeft hun de taal om de grote daden van God te vertellen. God verlangt niet dat wij eerst een taalcursus volgen om zo misschien iets van Hem te verstaan. Hij neemt geen genoegen met een taal die iedereen wel kent. Misschien dat al die mensen in Jeruzalem wel een beetje Aramees verstonden ook al kwamen ze van overal, of Grieks. Maar nee, ieder wordt persoonlijk in zijn of haar moedertaal aangesproken.
Dat deed de Geest toen in Jeruzalem, en dat doet Hij nog steeds. Hij spreekt ieder van ons persoonlijk aan in een taal die ons hart raakt. Neem vandaag eens de tijd om je de momenten te herinneren waarop de Geest je aansprak in je eigen taal en je iets van God ging verstaan.
Dat kan op veel manieren. Vaak (hopelijk heel vaak) gewoon in de dagelijkse lectio en in de psalmen van het officie. Maar soms ook zo dat het je je leven lang bijblijft. Zo dat je zelf ook verwonderd uitroept: ‘Ik hoor in mijn eigen taal spreken van God!’
Soms zijn het richtinggevende woorden. Het Pinksterfeest is ook het feest waarop gevierd wordt dat de HEER op de Sinaï de Tora gegeven heeft. Hij laat ons niet maar aanmodderen, Hij geeft richting aan ons leven en levensruimte om met Hem en met elkaar in vrede te leven zoals Hij het bedoeld heeft, in onderlinge verbondenheid.
Soms zijn het leven gevende woorden zoals we hoorden in de profeet Ezechiël, waar de dorre doodsbeenderen weer tot leven komen door de Geest.
Soms zijn het woorden die ons in de mond gelegd worden om te zingen. Als ik soms niets van God versta, als ik weer eens niets begrijp van de weg van Christus, van het mysterie van kruis en opstanding, en niet weet wat ik zeggen moet, dan kan ik beter zingen. Psalmen die klagen en protesteren, en die loven en danken. Taal waarin we verstaan ook al verstaan we het niet.
En dan is er nog de onuitsprekelijke taal van de Geest. Als wij niet weten hoe we behoren te bidden, dan pleit de Geest zelf voor ons met onuitsprekelijke verzuchtingen.
Laten we vandaag ons dankbaar in herinnering brengen hoe de Geest tot ons spreekt in onze eigen taal waarin wij God gaan verstaan. En moge Hij iedere dag ons verder de weg wijzen, ons troosten en hoop geven, en ons een loflied in de mond leggen.
Kom, Schepper Geest!
Een zalig hoogfeest.